WAAROM ZIT IK IN DE GEVANGENIS??
Van mijn ouders heb ik de naam Bambang Isti Nugroho gekregen.
Voor Javanen is dat een naam waarmee hoop en vertrouwen wordt
uitdrukt door de familie. Nu pas besef ik dat die naam machteloos
is om zich waar te maken zoals mijn ouders hebben gehoopt.
En hoe! Nu, vandaag en nog jaren lang zal ik opgesloten zitten in
de gevangenis. Oh God geef mij de kracht en het geduld om deze
ellende te overleven!
Ik weet niet waarom deze ramp mij overkomen moet. Ik was
verbijsterd toen de raad van rechters zo maar de beschuldiging
van de aanklager overnam. Ik begrijp niet waarom ik gestraft moet
worden, alleen maar omdat ik zo dikwijls van mening verschil met
de verklaringen van de overheid. En wat mij nog meer in
verwarring heeft gebracht is de vraag: is het omdat ik een andere
theorie en een andere ideologie bestudeer in mijn studiekring,
dat ik daarom beschuldigd ben van het willen oprichten van een
nieuwe politieke partij. Het is of mijn hart verbrijzeld is.
Ik durf er eerlijk voor uit te komen dat ik niet tegen de
overheid ben en nog minder tegen de Pancasila. Ik ben gewoon een
jongen met een middelbare schoolopleiding die zijn dorst naar
kennis wil laven. Ik ben geen student die vaardig is in theorie
en gemakkelijk intelligente konklusies trekt. Nee. Mijn gedachten
reiken nog niet ver genoeg om ideologische en aanverwante
kwesties te kunnen aanpakken. Daarom klonk het zo ongelooflijk
vreemd in mijn oren toen ik de openbare aanklager het woord
SUBVERSIEF hoorde noemen. Het was of mijn hart stilstond toen dat
woord klonk. Nogmaals, ik heb de Pancasila nooit afgewezen en ik
ben nog minder anti-Pancasila of anti-overheid. Op welke grond ik
de beschuldiging van subversie zou moeten accepteren, weet ik
achter mijn ijzeren tralies tot op de dag van vandaag niet. Mijn
gedachten schreeuwen het uit, waarom is dit verschrikkelijke lot
waarvan ik de zin absoluut niet begrijp, mij beschoren?
Ja.., de ellende van onvrijheid wanneer is het begonnen? Het
begon toen ze Bambang Subono, een laatste jaar's student
politikologie van de Universitas Gajah Mada, arresteerden toen
hij een boek van Pramoedya Ananta Toer stond te verkopen, dat een
paar uur eerder was verboden door de procureur-generaal. Dit
gebeurde een jaar geleden. Een week daarna, toen ik op mijn werk
in het chemisch labaratorium bezig was waar ik als jongste
bediende werkte, werd ik opgepakt door een agent van de
veiligheidsdienst die me zonder een bevelschrift te tonen meenam
naar de Korem. Ik werd opgesloten. Op deze naargeestige plek
werd ik onderzocht en ondervraagd en werd ik gedwongen te
bekennen dat ik de distributeur was van de boeken die Bambang
Subono stond te verkopen. De eerste wrede behandeling van mijn
leven heb ik daar ervaren. Mijn gezondheid ging achteruit, mijn
gevoelens stonden onder grote druk en ik was mentaal geschokt. De
zware fysieke druk dwong me om al mijn kracht te gebruiken om
mijn gedachten helder te laten blijven en mijn verklaringen
eerlijk en open zonder iets te verbergen. Ik geloof in de
rechtvaardigheid en de eerlijkheid van de rechtspraak, en ik
weiger dingen te bekennen die ik nooit heb gedaan.
Maanden lang werd ik verhoord, gegeseld. Ik hield stand ondanks
de beschuldigingen en aanklachten waarmee de openbare aanklager
mij in het nauw probeerde te brengen. Uiteindelijk is nu het
moment gekomen dat ik mij zal verdedigen en mijn pleidooi zal
houden, waar ik voor het laatst mijn stem zal laten horen als een
laatste poging om mij vrij te pleiten. Ik kan alleen bidden, dat
de echo van mijn pleidooi de muren van de rechtszaal zullen
doorboren, en dat ze niet verloren zal gaan in het tumult van de
schijnheiligheid.
Ik geloof dat mijn stem gehoord zal worden door God.
Door de ijzeren tralies van mijn cel kijk ik terug op mijn
verleden. Ik was een leerling van de middelbare school met
behoefte aan kennis, die zoveel mogelijk studeerde terwijl ik
tegelijkertijd moest werken voor het onderhoud van mijn familie.
En toen kwam ik in kontakt met enige vrienden waarmee ik
studeerde en diskussieërde. Ik leerde veel van hen over de
maatschappij, de kultuur, politiek, ekonomie en andere
wetenschappelijke zaken. Met mijn weinige kennis van schrijven
probeerde ik artikelen te maken om mijn kennis door te geven aan
mijn lotgenoten die ook niet het geluk hebben gehad om op de
formele college-banken te zitten vanwege de verstikkende armoede
waarin wij verkeren. Dit werk maakte me enthousiast en liet me
door de armoede niet wanhopig maken. Ik voelde me kompleet en
gaaf. Ik spoorde andere jongeren die in hun armoede dreigden te
stikken, aan om zichzelf niet te verguizen en zich niet aan
zelfbeklag over te geven.
Toen probeerde ik een studiekring op te richten met vrienden die
er ook wat voor voelden. Nooit is het in ons opgekomen er een
partij van te maken. Deze gedachte is een uitvinding van de
aanklager om mij in het nauw te drijven.
Palagan is de naam van onze studiekring, het betekent strijdveld.
Daarmee is niet bedoeld het bedrijven van politieke aktiviteiten,
noch het opwekken van een oorlogsgeest.
Palagan betekent de strijd van ideeën tegen ideeën. Ik geef toe
dat mijn studiekring vaak diskussies houdt, maar ik weiger te
aanvaarden dat zulke aktiviteit subversief zou zijn. Het is
inderdaad waar dat ik eens een boek van P.A. Toer heb gelezen en
bestudeerd, maar dit gebeurde lang voordat de procureur-generaal
het verbood.
Het is waar dat ik vaak heb gezegd dat de kloof tussen arm en
rijk groter wordt; dat een sterke staat de samenleving zwak
maakt; en dat de kultuur wordt beheerst door een zekere sociale
groep.
Echter, dit zijn uiteraard citaten van deskundigen en
wetenschappers die in de verschillende media zijn verschenen. En
als ik voor deze uitlatingen de gevangenis in moet en als
kommunist wordt bestempeld, waarom worden zij dan met rust
gelaten?
Ik heb nooit spijt gehad van die uitlatingen. Omdat ik er van
overtuigd ben dat ze overeenkomen met de werkelijkheid en de
konkrete situatie die ik ken.
Ik weet heel zeker dat ik niet alleen en eenzijdig van de
overheidsradio kan leren, maar dat ik ook moet leren van de pers
die het niet altijd eens is met het regeringsbeleid.
Ben ik fout, als ik gedreven door mijn grote dorst naar kennis,
de ideologie van anderen bestudeer? Ben ik fout als ik het niet
eens ben met een bewindsman? Het is jammer dat de kennis die ik
door mijn studie heb gekregen haar offers heeft geëist. Het is
gebleken dat ik heel duur heb moeten betalen voor de kennis die
ik heb gekregen over de maatschappij, de armoede, korruptie,
militaire overheersing en de Indonesische autoritaire staat. Het
heeft me de scheiding opgeleverd van de vrouw die ik liefheb, van
mijn moeder, van mijn geliefde broers en zusters en kameraden
achter de ijzeren tralies.Nobody knows the trouble, my sorrow!